De reigers (Ardeidae) zijn een familie van vogels uit de orde van roeipotigen. De familie telt 67 soorten. De in Nederland en België meest voorkomende reigersoort is de blauwe reiger. Ook de grote zilverreiger, kleine zilverreiger, purperreiger, roerdomp en kwak komen in Nederland en België voor.

Op z’n lange poten stapt hij voorzichtig door ondiepe plekken van stadssingels en poldersloten en door weilanden; hij wordt vliegend gezien langs grachten en bij meren; zijn broedkolonies bevinden zich midden in de stad in hoge bomen of juist in volstrekt afgelegen bospercelen. De blauwe reiger is ook regelmatig een (veelal ongenode) gast aan de rand van tuinvijvertjes waarin goudvissen rondzwemmen. In strenge winters hebben de blauwe reigers het zichtbaar moeilijk. Een blauwe reiger wordt gemiddeld 25 jaar oud.

Er is al veel geschreven over de gespannen verhouding tussen de blauwe reiger en de mens. Over de rivaliteit tussen de vogel en de beroepsvisser; over de vervelende gewoonte van de vogel om met zijn uitwerpselen de bomen wit te kalken, bladerloos te maken en de grond te besmeuren; over de stank van over de nestrand gevallen visresten.

Aangezien deze vogels altijd eerst op de uitkijk zitten voor ze hun slag slaan, kan het een oplossing bieden om de uitkijkposten (omliggende dakranden, lichtmasten, ...) onbereikbaar te maken. Voor een visvijver te beschermen, kan men draadjes spannen of onder het wateroppervlak een glasplaatje aanbrengen.